Moselsteig  

Etappe 16: Ediger/Eller - Beilstein. Inclusief aanloop routes ongeveer 18.5 km (297.1 km).
Donderdag 19 september. Hoogteverschil: klimmen en dalen ± 350 meter.
Weer: Eerst mistig, verder zonnig, een enkele stapelwolk, 18 graden. Matige wind uit het noordenoosten.

Een ijskoud begin van de dag vanmorgen, het is amper 7 graden en dat is even wennen in de korte broek. Bovendien hangen er nog lage wolken die eerst nog weggebrand moeten worden door de zon. We vertrekken om 8.11 op tijd met de trein uit Klotten en zijn 15 minuten later op het station van Ediger/Eller. Een half uur later is de meeste bewolking verdwenen maar het blijft nog fris, zeker in de schaduw. We maken eerst met een lus een omtrekkende beweging om Ediger/Ellen om op hoogte te komen. Dat vergt wel weer even wat van de beenspieren, die nog niet opgewarmd zijn.

Na een uurtje verdwijnt het pad ter hoogte van Ediger in een smal dal waar we een ongewone statieweg zien richting een kapel. Niet de bekende beelden van de kruisiging, maar allemaal beelden en afbeeldingen van Maria, Jezus en sommige van zijn discipelen. Diep in het dal steken we een beek over en wandelen het langzaam oplopende pad terug naar de rivier. Daar volgen we een heel eind de Moezel op zo'n 200 meter hoogte. De laatste flarden van de mist worden nu weggebrand en dat geeft mooie plaatjes. Terugkijkend zien we de oude Kaizer Wilheml I spoorbrug waar met een dof gerommel regelmatig een trein over heen rijdt.

Overal beneden ons weer de bekende wijngaarden en huizen van de wijnboeren, hier Winzers genaamd. We staan even stil bij een bijzondere schuilhut met de mooie naam "Villa Bachus". Het idyllische optrekje heeft zelfs een paar bankjes en een open haard. Langzaam daalt de route door nog veel meer wijngaarden richting Senheim, aan de overkant van de Moezel. We kijken uit op de beboste bergen aan de andere kant van de rivier, het begin van de Hondsrug. Vlak voor Senheim zitten we weer met een dilemma. Een bordje verwijst naar Romeinse graven. Dat is op 0.8 km, dus heen en terug 1.6 km. Is het de moeite waard? We lezen dat het om replica's gaat van de oorspronkelijke graven, die hier geweest moeten zijn. Net zo iets als de tempel van gisteren? We twijfelen, maar gaan er niet naar toe. Later zien we hoog boven de wijngaarden 2 identieke gebouwtjes staan.

Vlak voor de brug bij Senheim lopen we tegen een goed ogend restaurant met een prachtig terras. Hier houden we halt en nemen er uitgebreid koffie. Terwijl boven ons hoofd de druiventrossen hangen en het terras verwarmd wordt door de zon, is het moeilijk om hier weer weg te komen. Iets verderop zit een ander Nederlands stel rustig de krant te lezen en babbelen wat. Hoe relaxed kan het leven zijn. Van Senheim gaat het weer omhoog tot we weer op 'niveau' zijn. We passeren de dorpen Mesenich en Briedem en komen in het gedeelte dat de Briedemer Schweiz heet.

We nemen de lunch op een bankje in de zon en zien voor ons een opschrift staan dat ons toch wel zorgen maakt. Het volgende stuk is op eigen risico, je moet tredzeker zijn, goed schoeisel hebben en kinderen aan de lijn. Niet echt uitnodigend als je geen waaghals bent. Maar zo erg kan het toch niet zijn, dus we gaan op pad. Het pad wordt al snel heel smal en het wordt duidelijk dat het pad niet zo zeer het probleem is, maar meer de steilheid van de berg. Rechts naast ons hebben we de bergwand steil naar boven en links onder ons een enorme diepte met helemaal onderin het blauw/groen van de Moezel. En dat ruim 120 meter lager. Soms is het pad maar een voetbreedte breed door ontwortelde bomen of schade veroorzaakt door wilde zwijnen. We lopen rustig achter elkaar door en vallen niet naar beneden. Met flinke regenval is dit pad vrijwel niet beloopbaar, maar dat staat er niet zo specifiek bij. Gelukkig is het nu droog.

Vlak voor Beilstein passeren we nog een grote Joodse begraafplaats. Er staan 110 grafzerken. In de Nazi-tijd werden de stenen verwijderd en de graven geschonden, maar na de oorlog weer netjes terug gezet maar wel op willekeurige plekken. Door de bomen schemert de kasteelruïne Burg Metternich, gebouwd voor 1268. Nadat het diverse oorlogen had doorstaan werd het in 1689 door Franse troepen tot een ruïne gemaakt. We lopen om het kasteel heen en dalen af naar het dorp Beilstein met slechts 150 inwoners. Er passeren veel hijgende dagjes mensen die naar het 90 meter hoog gelegen restaurant net onder het kasteel komen lopen om daar een terrasje te pakken. Onder hen veel ouderen die de zwaarte van de stijging duidelijk hebben onderschat. Na een verdere daling loopt de Mozelsteig dwars over een druk bezet terras voor het Karmelietenklooster en kerk via een trappenstelsel naar de oude binnenstad. Het schijnt dat dit stadje regelmatig als Middeleeuws decor heeft gediend bij Duitse televisieseries. Het wordt ook wel het Doornroosje van de Moezel genoemd.

We kunnen nu kiezen of met de bus terug, dat betekend ruim een uur wachten of met de gereedliggende boot naar Cochem. We kiezen voor het laatste en varen voor 13 € pp. relaxed naar Cochem. Boven op het dek hebben we mooi uitzicht over het gedeelte waar we de volgende dag zullen gaan lopen. Er staat wel een frisse wind, maar gelukkig draait het schip zo dat we het laatste stuk vol in de zon zitten. Na een korte wandeling zijn we bij het station van Cochem. De trein is nu maar 15 minuten te laat en weldra zijn we weer in Klotten, onze thuisbasis.