Etappe 11  Daun - Manderscheid. Zondag 29 mei; 22,5 km, klimmen 770 m, dalen 840 m.

Eerst mist en wat regen. Later wisselend bewolkt en ook zon, 22 graden.

Om 8 uur nemen we een ontbijt zoals je bij een luxe hotel verwacht met alles erop en eraan. Het hotel doet zijn naam eer aan, want we kijken over het dal waarin Daun ligt met aan de overzijde optrekkende mist die als wolkenflarden over de heuvels scheren. Het vooruitzicht om de natte paden op te moeten gaan is niet erg aantrekkelijk, maar dat zien we dan wel weer. Na afgerekend te hebben trekken we buiten de schoenen weer aan en klimmen net naast het hotel de berg verder omhoog. Even later bereiken we het punt waar we gisteren naar beneden gingen en dat blijkt ook de aansluiting op de route van de Eifelsteig te zijn. Die bordjes hebben we gisteren niet gezien terwijl wij er toch vlak langs liepen.

Korte tijd nadat we langs de Maria kapelle zijn gelopen passeren we Gemünden en zijn we bij het eerste kratermeer van een reeks van 3 belandt. Hier moeten toch de poncho’s even aan. De meertjes zijn rond en er staat wat lage begroeiing omheen. Op de kaart ziet het er toch indrukwekkender uit. Het feit dat dit ooit vuurspuwende vulkanen zijn geweest maakt het natuurlijk wel heel bijzonder. De meren heten in volgorde: het Gemünder Maar, Weinfelder Maar en het Schalkenmehrener Maar. Bij het laatste meer lopen veel oudere mensen, die wat bedenkelijk kijken naar onze leeftijd en uitrusting. Althans voor zover ze überhaupt iets zien van de omgeving, want druk kwetterend wordt alweer richting de bus gelopen die klaar staat voor de volgend highlight. In dit laatste vulkaandal ligt heel idyllisch het dorpje Schalkenmehren, inclusief een camping. Tja, dat laatste komt nu even niet goed uit. Anders was het wel een heel mooie locatie geweest, plek genoeg ook. Misschien een tip?

Vandaag is het afzien, de warme regenkleding, het klimmen met de zware rugzak, het zuigen van de natte ondergrond. Vooral ik (Wim) kom mijzelf steeds vaker tegen en vraag mij regelmatig af of het allemaal niet te zwaar aan het worden is. Na de 3 kraters breekt de bewolking en gaat het direct verder in korte broek en T-shirt. Het parcours daalt nu licht dus het leed voor vandaag lijkt geleden. Onderweg komen we zomaar in het bos een graf tegen. Wel keurig onderhouden, maar we hebben geen idee wie daar ligt. Het zegt ons althans niets.

We steken het nu woeste riviertje de Lieser over en staan versteld van zoveel stroming. Voordat we verder het Liesertal in lopen spreken we met de waardin van een Gasthaus. Ze komt naar ons toelopen en begint over het weer van gisterenavond. Ook voor hun begrippen was het een zeldzaam zwaar onweer geweest dat maar niet weg wilde trekken. Dat wilde ze ons toch wel even zeggen. Even later zien we ook de resultaten van het noodweer. Overal stroomt het water uit plekken waar het eigenlijk niet vandaan hoort te komen. Aan het platgeslagen gras is te zien dat het alweer een eind gezakt is, maar de vele takken en stronken (ook op het pad) geven aan dat de kracht van de stroming groot geweest moet zijn. Dan kan je daar maar beter niet lopen. 

Bij een omgevallen boom is de weg helemaal versperd. Hier moeten we door het drassige weiland omlopen. Verder is het hier heel mooi. Een schitterend pad door het Lieserdal, overal dichte en uitgestrekte meest loofbossen. De Lieser zelf kolkt onder ons door als we op smalle gladde paadjes langs de steile bergwand onze weg vervolgen. Naarmate we dichter bij Manderscheid komen worden de hoogteverschillen steeds groter en wordt de afgrond naast ons steeds dieper. Het pad zelf is ook niet helemaal horizontaal, dus wegglijden richting de rivier is niet alleen denkbeeldig. We zijn nu heel voorzichtig geworden, elke misstap kan fataal worden. In de verte zien we een toren tussen de bomen staan, het bovenkasteel van Manderscheid is in beeld gekomen.

Het kost tijd, maar uiteindelijk bereiken we het dorp Manderscheid waar we eerst op zoek gaan naar de jeugdherberg. Bij de vorige moesten we ons een speciale kaart aanschaffen, dus die kunnen we nu goed gebruiken. Bovendien is het zondag, dus geen jeugd. Alles is uitgestorven als we het gebouw bereiken. De telefoon staat ook op bezet, dus na 10 minuten bellen besluiten we maar naar de camping te gaan. Hoewel meer slecht weer is voorspeld en alles natuurlijk kletsnat is. Als we onderweg iets anders tegen komen is het ook goed. 

Dan passeren we een Gasthaus met een mooi terras. Even later zitten we daar met een glas koud bier en hebben we voor 1 nacht ingechecked in Gasthaus Die Alte Schleuse. Het Gasthaus wordt gerund door een Nederlandse man met een andere Nederlander als Chef-kok voor het restaurant gedeelte. Alles kleinschalig, ook in trek bij groepen motorrijders maar die zijn er nu niet. De kamer is prima en het eten later ook. Nederlandse muziek klinkt uit de radio en zo lijkt het of we weer even terug op eigen bodem zijn. Tegen een uur of 9 regent het weer pijpenstelen, het onweer komt dit keer vanuit het oosten. We zitten gelukkig droog. (Gasthaus Die Alte Schleuse HP 125 €)